Poëzie verbindt mensen in tijden van corona
Na drie jaar geeft Pieter Viktor Kindt de pen door aan onze nieuwe dorpsdichter Nicole Ledegen. Door de coronamaatregelen konden we Nicole nog niet aan jullie voorstellen. Om jullie toch een blik te gunnen wie Nicole Ledegen is, stellen we ze graag voor met dit interview.
Nicole Ledegen, dorpsdichter
Wat vind je in dorpen en gemeentes waar het fijn vertoeven is? Een rijk cultureel en sociaal aanbod. Theater, muziek, de jaarlijkse dorpskermis, talloze festiviteiten en een warm sociaal weefsel waar mensen zich lekker vrij in kunnen bewegen. In dorpen waar het hart hard slaat, nemen ook dorpsdichters een belangrijke plaats in. Vanuit een poëtische beleving beschrijven ze het leven van alledag en geven ze hun kijk op wat er reilt en zeilt in het dorp. Sinds 2020 is Nicole Ledegen dorpsdichter van de gemeente Destelbergen.
Poëzie, schrijven, voordracht, taal, ... Het loopt als een rode draad doorheen het leven van Nicole Ledegen. Ze debuteerde in 1994 met de bundel ‘Toen de vogelverschrikker sprak’, maar was met dat debuut niet aan haar proefstuk toe. In de aanloop naar dat debuut kregen haar gedichten al een plek in – hoofdzakelijk – bloemlezingen, zoals in ‘Op hoop van liefde’ (1987), ‘Woorden voor Anton Van Wilderode’ (1993), ‘Luister naar mijn woorden, themabundel’ (1994) en de ‘Literaire Kalender Promedia’ (1994). Aan de muziekacademies Gentbrugge en Destelbergen gaf ze voordrachtkunst en voor het schrijversplatform Creatief Schrijven was ze schrijfdocent. Ook in haar niet professionele leven laaft ze zich dagelijks aan de liefde voor het Nederlands, hetzij als lid van de ‘Literaire Tafel’ of de werkgroep Poëzie V.A.G. en de latere Schrijversacademie. Ze was ook lang secretaresse van de Gentse vzw Littera. Sinds 2000 is ze freelance gids voor de poëzieroute Gent, een initiatief van het poëziecentrum.
Wat betekent poëzie voor jou en kan poëzie iets betekenen voor iedereen?
“Het schrijven van poëtische teksten is een proces waarin ik ervaringen, emoties en dromen in beelden, klank en ritme verwerk. Het is een langzaam proces dat moet rijpen. Je kunt het gerust vergelijken met wijn. Poëzie heeft een verbindende kracht, het is een spiegel van herkenning of resoneren met iets in jezelf, ook al begrijp je soms niet helemaal wat je leest. Voor mij vertrekt poëzie altijd vanuit een diepere laag, een emotie die je anders niet gezegd krijgt. Het is voor iedereen uiteraard anders: voor de ene heeft poëzie betekenis, voor de ander niet. Net zoals foto’s, schilderijen, de natuur of muziek bij mensen telkens een andere resonantie hebben.”
Hoe zou je je stijl omschrijven?
“Ik schrijf zowel hermetische gedichten als toegankelijke gedichten. Zowel donkere als lichtvoetige, zowel ‘nachtkastpoëzie’ als ‘performancegedichten’.”
Hoe zou je je band met de gemeente Destelbergen omschrijven?
“Toen ik nog leerkracht LBV was aan de Gemeentelijke Basisschool Destelbergen en Sportbasisschool Heusden, organiseerde ik zowel de Lentefeesten in de Gallische Hoeve, het park van het gemeentehuis als op school. In 2013 heb ik Studio Rinkelsteeltje opgericht, een eigenzinnig gezelschap van dichters, vertellers en muzikanten. Ik heb mooie herinneringen aan verschillende optredens en openingen, zoals in de tuin van Daniël Mortier, de openluchttentoonstelling in Damvalleistraat of Art Fark Raymond Van Hoorebeke. Ook erg leuk was toen ik mijn poëzie mocht voorlezen in galerij Papageno. En sinds een tijdje sprokkel ik na mijn uren sprookjes, die binnenkort in boekvorm verschijnen bij uitgeverij Gandaboeken van Dirk Willaert.”
Waarom heb je je kandidaat gesteld voor het dorpsdichterschap?
“Omdat Destelbergen en Heusden me steeds weer kunnen verwonderen: de parken, de kastelen, de geschiedenis en cultureel erfgoed, de kunst, de kermissen, de scholen, de verenigingen. Ook de link met Gent: de stad is niet veraf. Ik ga binnenkort met pensioen, het dorpsdichterschap is een mooie aanvulling.”
Hoe wil je het dorpsdichterschap invullen? Heb je een doel?
“Ik wil graag in de voetsporen stappen van de vorige dorpsdichters en hen betrekken bij mijn dorpsdichterschap; ik wil vanuit de taal van poëzie verbinding zoeken met mensen, locaties en activiteiten, en sporen achterlaten. Een voorbeeld? Ik wil de bewoners uitnodigen om teksten, zinnen, wensen, uitroepen door te sturen, waar ik dan zelf iets mee maak. Het resultaat en de herkomst van de mensen zou ik kunnen inspreken, live op een moment dat de maatregelen het toelaten of via een podcast. Het engagement zal voor mij geslaagd zijn als ik een aantal zaken verwezenlijkt heb, als ik hier en daar in Destelbergen en Heusden een plaats heb gemaakt voor taal en poëzie en in mijn ontmoetingen talenten heb ontdekt voor toekomstige dichters.”